Hoe kan ik mijn bedrijf beëindigen?

Aangemaakt: 23 maart 2023

Hoe kan ik mijn bedrijf beëindigen?

De hoge energieprijzen, de grondstoftekorten en de inflatie hebben grote invloed op de bedrijfseconomische situatie van ondernemers. Bedrijfsbeëindiging wordt hierdoor steeds vaker overwogen. In dit artikel wordt ingegaan op de verschillende wijzen van bedrijfsbeëindiging en wat belangrijk is bij het maken van een keuze voor bedrijfsbeëindiging.

Inzicht verkrijgen in de financiële stand van zaken van de onderneming
Welke route van bedrijfsbeëindiging kan of moet worden genomen, is afhankelijk van de financiële situatie en de lopende verplichtingen van de onderneming. Hiervoor dient een inventarisatie te worden gemaakt van de rechten en verplichtingen van de onderneming. Op deze manier krijg je inzicht in de eigendommen en aanspraken (de baten) en de verplichtingen (de schulden) van de onderneming.

Drie mogelijke scenario’s
Afhankelijk van de uitkomst van de inventarisatie van de financiële situatie van de onderneming zijn er in beginsel drie scenario’s denkbaar:

  1. De baten overtreffen de schulden: in dat geval dient de onderneming beëindigd te worden door middel van een ontbindingsbesluit en vereffening van de onderneming.
  2. De schulden overtreffen de baten: in dat geval dient het faillissement van de onderneming te worden aangevraagd of dienen alle schuldeisers in te stemmen met een liquidatieakkoord.
  3. Er zijn geen baten, eventueel wel schulden: in dat geval kan de onderneming via turboliquidatie worden opgeheven.

Vereffening van de onderneming
In het eerste scenario (meer baten dan schulden) dient de rechtspersoon eerst te worden ontbonden. Om een rechtspersoon te kunnen ontbinden is een ontbindingsbesluit nodig.

Omdat er nog baten beschikbaar zijn, houdt een ontbonden rechtspersoon niet direct op te bestaan. Het vermogen dient eerst verdeeld te worden over de schuldeisers (volgens de wettelijke rangorde) en alle lopende verplichtingen moeten worden beëindigd. Dit proces wordt ook wel de vereffening genoemd. In beginsel treden de bestuurders op als vereffenaars, maar de statuten kunnen ook bepalen welke personen als vereffenaar optreden.

Als na betaling van alle schuldeisers nog vermogen beschikbaar is, dan is de vereffenaar verplicht om rekening en verantwoording af te leggen. De vereffenaar zal daarnaast een beschrijving moeten geven van het overschot dat nog beschikbaar is en een plan van verdeling. Deze stukken dienen gedurende twee maanden ter inzage gelegd te worden bij het handelsregister. Dit wordt via een advertentie in een nieuwsblad bekend gemaakt. In de periode dat de stukken ter inzage liggen, kunnen de schuldeisers bezwaar maken tegen de vereffening.

Aangezien schuldeisers kunnen overgaan tot persoonlijke aansprakelijkheidstelling van het bestuur, moet je als bestuurder achteraf kunnen uitleggen waarom de turboliquidatie gerechtvaardigd was.

Een faillissement of liquidatieakkoord
Indien de vereffenaar voorziet dat er onvoldoende baten beschikbaar zijn om alle schuldeisers van te kunnen voldoen, dan is de vereffenaar verplicht het faillissement van de onderneming aan te vragen. Dit is alleen anders indien alle (bekende) schuldeisers instemmen met een vereffening buiten faillissement (een liquidatieakkoord). De onderneming biedt in dat geval de schuldeisers een akkoord aan waarbij zij instemmen met vereffening van de baten en afzien van het resterende deel van hun schuld.

Indien geen akkoord wordt bereikt, wordt het faillissement uitgesproken. Een curator zal dan onderzoek doen naar het aanwezige actief en alle schuldeisers conform de wettelijke rangorde voldoen. Bij het einde van het faillissement houdt de rechtspersoon op te bestaan.

De turboliquidatie
Indien de verwachting is dat de schulden de baten zullen overtreffen, kan er ook voor worden gekozen de bedrijfsactiviteiten te staken en de onderneming feitelijk te vereffenen. In dat geval worden eerst lopende overeenkomst beëindigd, baten te gelde gemaakt en worden de schulden voor zover mogelijk betaald volgens de wettelijke rangorde. Als ondernemer werk je dan dus toe naar de situatie dat de onderneming geen baten meer heeft, waardoor de onderneming direct ophoudt te bestaan na het ontbindingsbesluit. Dit noemen we turboliquidatie. Bij een turboliquidatie blijft hele proces van vereffening dus achterwege.

Of dit een haalbare route is, hangt vooral af van de onderneming en de lopende verplichtingen. Als bijvoorbeeld sprake is van korte opzegtermijnen in leverancierscontracten en het personeel grotendeels contracten heeft voor bepaalde tijd, kan het mogelijk zijn alle verplichtingen op relatief korte termijn en zonder teveel kosten te beëindigen. Wanneer er veel en complexe (duur)overeenkomsten lopen, is het minder eenvoudig om zonder liquidatieakkoord of een faillissement tot afwikkeling van deze overeenkomsten te komen en zal een faillissement vaak onvermijdelijk zijn.

Via turboliquidatie kan dus ook bij resterende schulden een faillissement worden voorkomen en de onderneming worden beëindigd. Het is belangrijk dat de ondernemer transparant is bij de feitelijke vereffening en volgens de wettelijke rangorde de schulden betaalt.

N.B. De ondernemer kan in deze situatie ook aan de schuldeisers vragen of zij instemmen met het niet aanvragen van het faillissement terwijl naar een liquidatieakkoord wordt gekeken.

Wat kan een schuldeiser doen tegen een turboliquidatie?
Een schuldeiser heeft een aantal mogelijkheden als hij het niet eens is met een turboliquidatie.

  • Vereffeningsverzoek: als de schuldeiser bekend is met (potentiële) baten van de rechtspersoon (bijvoorbeeld na een geslaagde actio pauliana), dan kan hij de rechtbank verzoeken om een vereffening, in welk kader de rechtspersoon herleeft (artikel 2:23c BW). De drempel voor het aannemen van baten is laag volgens vaste jurisprudentie, maar de schuldeiser moet wel beschikken over informatie waaruit het bestaan van baten kan worden afgeleid.
  • Bestuurder aansprakelijk stellen: de schuldeiser kan daarnaast de voormalig bestuurder(s) van de beëindigde rechtspersoon persoonlijk aansprakelijk stellen, als daartoe aanleiding is. De drempel voor bestuurdersaansprakelijkheid ligt hoog en moet goed worden onderbouwd door de schuldeiser. Van aansprakelijkheid kan sprake zijn indien er bijvoorbeeld ten tijde van de ontbinding nog baten aanwezig waren en door toch te turboliquideren het aannemelijk is dat schuldeisers zijn benadeeld. Daarnaast kunnen er baten voorafgaande aan de ontbinding zijn kwijtgemaakt of kan de bestuurder voorafgaand aan de bedrijfsbeëindiging ernstig verwijtbaar selectief betaald hebben aan bijvoorbeeld gelieerde schuldeisers.
  • Faillissement aanvragen: voor toewijzing van het faillissementsverzoek moet de schuldeiser in de regel aantonen dat minstens één andere schuldeiser ook onbetaald is gebleven en dat summierlijk blijkt van feiten en omstandigheden die voldoende aannemelijk maken dat er nog baten zijn.

Aangezien schuldeisers kunnen overgaan tot persoonlijke aansprakelijkheidstelling van het bestuur, moet je als bestuurder achteraf kunnen uitleggen waarom de turboliquidatie gerechtvaardigd was. Wij adviseren daarom om het proces rondom de turboliquidatie goed te documenteren en vast te leggen, zodat je als bestuurder altijd achteraf kunt uitleggen waarom er bijvoorbeeld geen baten meer aanwezig waren op het moment dat je tot turboliquidatie overging.

Er ligt een wetsvoorstel bij de Tweede Kamer waarin er meer verplichtingen komen voor de bestuurder die zijn onderneming wil turboliquideren. Ook krijgt de schuldeiser in het wetsvoorstel meer mogelijkheden om zich te verzetten tegen een turboliquidatie.

Gerelateerde updates